FAQ : Welke sociale en fiscale behandeling voor de aanwervingspremie?

Van 

Het begin van het jaar is vaak een goed moment om nieuw personeel aan te werven. Omdat de zoektocht naar nieuw talent ingewikkeld kan zijn, bieden sommige werkgevers een premie aan hun werknemers die voor hen de zeldzame parel vinden. Maar wat is het sociaal en fiscaal statuut van deze premie?


Het is momenteel namelijk moeilijk om nieuwe medewerkers te vinden. Het kan dus interessant zijn om werknemers te laten bijdragen in die zoektocht naar nieuwe talenten door hen een premie toe te kennen als ze aan de werkgever een kandidaat-werknemer voorstellen die vervolgens wordt aangeworven.

Over het algemeen zal een werkgever de betaling van die premie aan bepaalde voorwaarden verbinden, zoals het aanhouden van de nieuwe medewerker gedurende een minimale periode

Merk op dat deze premie niet geldt voor de medewerkers van de HR-dienst en de leden van de directie, aangezien zij een beslissingsbevoegdheid hebben over de aanwerving.

1. Welke fiscale behandeling?

1.1. Algemeen principe: bedrijfsvoorheffing

In principe is elk voordeel verkregen door of ter gelegenheid van de uitoefening van een beroepsactiviteit een voordeel van alle aard dat wordt onderworpen aan bedrijfsvoorheffing. 

De aanwervingspremie zal door haar duidelijk verband met de werkrelatie ongetwijfeld de vorm aannemen van een algemeen voordeel verworven krachtens het contract en onderworpen aan bedrijfsvoorheffing.

Aangezien de premie niet regelmatig wordt betaald, zullen we dus het uitzonderlijke tarief van de bedrijfsvoorheffing (die kan gaan tot 53,50%) moeten toepassen.

1.2. Onder bepaalde voorwaarden: divers inkomen

In het kader van voorafgaande beslissingen (ruling), heeft de belastingadministratie al verschillende keren geoordeeld dat een aanwervingspremie niet werd beschouwd als een inkomen uit arbeid, maar wel als een divers inkomen (percentage van 33% - fiche 281.50).

Die administratie legt er strikte voorwaarden voorop:

  • de premie kan zowel door de werknemers van het bedrijf als door derden worden bekomen;
  • de derden moeten op de hoogte zijn van de mogelijkheid van het verkrijgen van deze premie (sociale media, advertenties, enz.);
  • de toekenningsprocedures en -voorwaarden zijn exact dezelfde voor de werknemers en de derden;
  • de premie mag niet meer dan twee keer aan dezelfde persoon worden toegekend in een periode van 12 opeenvolgende maanden.

Als bijgevolg kan worden aangetoond dat de aanwervingspremie zijn oorzaak vindt buiten de werkrelatie, bijvoorbeeld omdat ze zich ook  richt tot personen buiten het bedrijf, zou de fiscus kunnen denken dat ze niet belastbaar is als beroepsinkomen.

Gezien het belang van de te respecteren voorwaarden, raden we aan de werkgevers aan om vooraf een ruling te verkrijgen van de belastingadministratie.

2. Moeten er sociale bijdragen worden betaald?

Bij gebrek aan specifieke reglementering, zijn de algemene principes van toepassing.

Worden als loon beschouwd, alle voordelen in geld of die in geld waardeerbaar zijn:

  • die worden toegekend aan de werknemer in ruil voor uitgevoerde prestaties in het kader van een arbeidsovereenkomst, ongeacht van het feit dat de werkgever of een derde degene is die het voordeel toekent of,
  • waarop de werknemer recht heeft door zijn aanwerving, ofwel rechtstreeks ofwel onrechtstreeks ten laste van de werkgever.

Zoals op fiscaal vlak vertoont de aanwervingspremie een duidelijk verband met de werkrelatie en zal ze worden beschouwd als een bezoldiging.

Ze zal dus worden onderworpen aan de sociale zekerheidsbijdragen.

Aangezien de premie beschouwd wordt als een divers inkomen op fiscaal vlak, is het dan mogelijk om te ontsnappen aan de socialezekerheidsbijdragen door dezelfde argumenten te hanteren?

We moeten ons ervan bewust zijn dat de RSZ elk toegekend voordeel in een professionele context vrij ruim bekijkt en beschouwt als een bezoldiging. In dat geval zijn in principe sociale zekerheidsbijdragen verschuldigd. Zelf als de fiscus in een concreet geval vindt dat het gaat om een divers inkomen, is die beslissing niet aan de RSZ tegenwerpelijk.

Het is dus belangrijk om zeer voorzichtig te blijven op sociaal vlak...

Bronnen: voorafgaande beslissing nr. 2012.0312 van 18 september 2012 en voorafgaande beslissingen nr. 2022.0310 en 0311 van 24 mei 2022.